Tienrittenkaart van Vlaams ACV en ABVV voor Vlaamse Economie en Arbeidsmarkt

De werkloosheid in Vlaanderen klimt opnieuw. Het aantal vacatures en aanwervingen is drastisch gedaald, het aantal collectieve afdankingen is zwaar gestegen. Er zijn bovendien weinig signalen die aangeven dat dit slechts een korte inzinking zou zijn. Het Vlaams ABVV en het Vlaams ACV vinden het niet aangewezen dat de Vlaamse overheid een afwachtende houding aanneemt. Ook Vlaanderen beschikt over hefbomen om de recessie tegen te gaan en de sociale schade te beperken.


Zorgwekkende evoluties

Vlaams ACV en ABVV stellen vast:

- dat de werkloosheid in Vlaanderen opnieuw klimt: het aantal uitkeringsgerechtigde volledig werklozen is het afgelopen jaar (november 2000-november 2001) met 2.0 % gestegen; de globale werkloosheid is nog sterker geklommen (10.5 %) maar dan vooral door de sterke stijging van het aantal vrij ingeschreven werkzoekenden (inz. mensen zonder papieren in regularisatieprocedure);
- dat het aantal vacatures en aanwervingen drastisch is gedaald;
- dat schoolverlaters het daardoor merkelijk moeilijker hebben aansluiting te vinden bij de arbeidsmarkt: het aantal werkzoekenden in wachttijd is op een jaar met 7.3 % gestegen;
- dat het aantal aangekondigde collectieve afdankingen zwaar is gestegen: reeds 4836 aanmeldingen in 2001, zonder Sabena;
- dat de werknemers in Vlaanderen dag na dag geconfronteerd worden met nieuwe faillissementen, gerechtelijke akkoorden en aankondigingen van capaciteitsvermindering of collectieve afdanking;
- dat heel wat werknemers vandaag tijdelijk werkloos worden gesteld: 85.000 fysieke eenheden in Vlaanderen;
- dat in diverse bedrijven de tijdelijken aan de deur worden gezet.

Snel beterschap erg onzeker

Moeten we het optimisme delen dat dit een tijdelijke inzinking is en het herstel nakend?
De werknemers hebben vandaag weinig signalen die toelaten dit optimisme te delen:

- voor het eerst in 40 jaar worden we geconfronteerd met een “synchrone” recessie, een gelijktijdige terugval in zowel Verenigde Staten, Japan, Zuid-Oost-Azië als Europa;
- sommigen waarschuwen voor deflatie, een situatie van dalende prijzen, die het vertrouwen van de economie helemaal onderuit zou halen;
- wereldwijd regent het sluitingen en ontslagen (in de Verenigde Staten alleen al zijn op korte termijn 1 miljoen jobs verloren gegaan), waarvan de gevolgen telkens ook uitdeinen naar de rest van economie, direct en indirect door een verminderd investeerders- en consumentenvertrouwen;
- het faillissement van Sabena treft ook tal van andere bedrijven en regio’s;
- in tal van ondernemingen in Vlaanderen werden zware herstructureringen aangekondigd, die niet alleen het personeel, maar ook andere bedrijven dreigen te treffen.

Afwachtende houding onaanvaardbaar

Vlaams ABVV en ACV aanvaarden niet dat van beleidswege een afwachtende houding wordt aangenomen. Absoluut onaanvaardbaar zijn de signalen om de overheidstussenkomst in het economisch beleid terug te schroeven, zoals de aangekondigde afbouw van het preventief bedrijfsbeleid. Tal van hefbomen situeren zich op het internationale, Europese en federale niveau. Vlaanderen beschikt echter over een aantal belangrijke hefbomen om de recessie tegen te gaan en de sociale schade te beperken. Dit moet vandaag absolute prioriteit krijgen, ook in de begroting van 2002.

De noodzakelijke uitwerking van een visie voor de lange termijn (zie Vlaamse conferentie) mag niet doen vergeten dat de werknemers vandaag een krachtig antwoord verwachten. In plaats van het te blijven hebben over wat Vlaanderen allemaal zou kunnen doen moest het extra-bevoegdheden hebben, wordt het dringend tijd de huidige bevoegdheden voluit in te zetten. Paniekvoetbal is uit den boze, maar een aantal weloverwogen maatregelen moeten op korte termijn in de steigers kunnen worden gezet.

Tienrittenkaart

Vlaams ACV en ABVV hebben voor de korte termijn tien wegen naar werk en werkzekerheid in Vlaanderen, onze tienrittenkaart.

1° Doelmatige expansiesteun

Er moet snel duidelijkheid komen over de toekomst van de expansiesteun. Dit blijft, indien doelmatig ingezet – doelmatiger alleszins dan totnogtoe het geval was - een belangrijk instrument in een anticyclisch beleid. Op een ogenblik dat de economie slabakt, durft de nieuwe Minister van Economie voorstellen de expansiesteun op te doeken, een uitermate slecht signaal naar die sectoren, regio’s en bedrijven waar het instrument echt doelmatig kan werken. Dit vereist niet meer middelen, maar wel een selectie van prioriteiten in functie van doelmatigheid.

2° Krachtig beleid inzake permanente vorming

Een krachtig beleid inzake permanente vorming, zowel naar bedrijven als werknemers, moet in de steigers worden gezet. Met het vernieuwde hefboomkrediet en Europees Sociaal Fonds werd al een belangrijke stap vooruit gezet. De middelen voor 2002 en 2003 moeten nu prioritair worden ingezet om de arbeidsinzetbaarheid van de meest bedreigde werknemers te versterken, liefst in samenspel met de sectorale sociale partners. De bedreigde sectoren hebben vandaag niets aan vage beloften.

3° Directe werkgelegenheidscreatie

Een actief beleid is nodig om extra-werkgelegenheid te creëren voor de werklozen die vandaag meest onder druk komen, dit in nieuwe, maatschappelijk zinvolle activiteiten. De beloofde programmatie inzake werkervaring moet worden uitgevoerd. De sociale economie moet worden verder worden uitgebouwd. En tegelijk moet werkgelegenheidsbeleid en milieubeleid kunnen worden gekoppeld in functie van nieuwe, duurzame werkgelegenheid.

4° Een dynamisch streekbeleid

In de regio’s die vandaag bijzonder worden getroffen of bedreigd, moeten de levende krachten de handen in elkaar slaan voor een krachtig streekbeleid, met daarin een centrale rol voor de streekplatformen en de STC’s, liefst in samenwerking, zodat ook alle sociale partners voluit kunnen worden betrokken. Aan de proliferatie van nieuwe cellen en structuren (o.m. via de nieuwe provinciale cellen) moet dringend een eind komen. Op korte termijn moet er duidelijkheid komen over ieders rol in het kader van het streekeigen management. Het debat over de kerntaken van de diverse bestuursniveaus (gemeenten, provincies, Vlaamse overheid) mag geen voorwendsel worden om de rol en autonomie van de STC’s en streekplatformen terug te dringen.

5° Voorkoming van faillissementen

Het preventief bedrijfsbeleid, gericht op voorkoming van faillissementen door vroegtijdige predictie van problemen en begeleiding, moet precies versterkt worden i.p.v. te worden afgebouwd. Dit instrument werd al jaren verwaarloosd, terwijl uit de recente ervaringen blijkt hoeveel dienst het zou kunnen bewijzen, zeker als de werknemers er volwaardig bij worden betrokken.

6° Herstel van het economisch overheidsinitiatief

Economisch overheidsinitiatief blijft een belangrijke hefboom voor versterking, reconversie en innovatie van de Vlaamse economie, o.a. via de Participatiemaatschappij Vlaanderen (PMV). Om snel en soepel in te spelen op de bedrijfseconomische evolutie, moet de PMV autonoom kunnen beslissen, los van aandeelhouderseisen op korte termijn. Er moet geïnvesteerd kunnen worden in economische projecten waaruit een duidelijke sociale en maatschappelijke meerwaarde voortkomt, maar waarin de private investeerders niet spontaan geïnteresseerd zijn. Ook in geliberaliseerde nutssectoren (water, telecom, energie) kunnen overheidsparticipaties nog van strategisch belang zijn.

7° Voorkoming van collectieve afdankingen

Wanneer herstructureringen onvermijdelijk blijken te zijn, moeten collectieve afdankingen maximaal worden voorkomen door:
- de principes van duurzaam ondernemen niet enkel op congressen, maar ook in de praktijk te beleiden (cf. Groenboek van de Europese Commissie over de sociale verantwoordelijkheid van bedrijven: sociaal verantwoordelijke herstructureringen, waarbij de belangen en zorgen van alle betrokken partijen tegen elkaar worden afgewogen);
- volwaardig overleg met het personeel: na Renault maakte de Vlaamse overheid op voorstel van de vakbonden terugvordering van overheidssteun mogelijk bij niet-naleving van de raadplegingsverplichting; dit moet ook effectief worden toegepast;
- arbeidsherverdeling te bevorderen, o.m. via het stelsel van aanmoedigingspremies voor arbeidsduurvermindering, loopbaanonderbreking en landingsbanen; dat heeft daartoe echter meer middelen nodig heeft; zoals in het Herplaatsingsfonds moet dit zowel voor als na overname kunnen gelden.

8° Sociale begeleiding

Collectieve afdankingen die zo niet kunnen worden voorkomen moeten sociaal begeleid worden, in eerste instantie door de werkgevers en de aandeelhouders (ook die van de KMO’s), maar met ondersteuning vanuit sectoren en Vlaamse overheid. Voor faillissementen is er vandaag, op voorstel van Vlaams ACV en ABVV, een schitterend instrument: het Herplaatsingsfonds, dat vandaag, dankzij een extra-injectie van 300 miljoen frank, zijn dienst bewijst in het Sabena-dossier. Dit Fonds heeft echter meer middelen nodig. Na Sabena dreigen andere dossiers. Ook moet het Fonds sneller kunnen optreden zonder het faillissementsvonnis te moeten afwachten. Sectorale initiatieven inzake begeleiding van werknemers naar andere bedrijven binnen en buiten de sector (tewerkstellingscellen) moeten vanuit Vlaanderen actief ondersteund worden.

9° EVC en loopbaanbegeleiding

Getroffen werknemers moeten op korte termijn geheroriënteerd worden naar nieuwe beroepen en sectoren, in het bijzonder naar knelpunten op de arbeidsmarkt, op basis van een inschatting van hun competenties en een duidelijk loopbaan- en opleidingstraject. Het beleid inzake erkenning van verworven competenties (EVC) en loopbaanbegeleiding moet daarom in een stroomversnelling komen, prioritair naar deze groepen. EVC moet daarom ook standaard worden in elk outplacementgebeuren.

10° Geen bijkomende economische immigratiestromen en meer kansen voor de allochtonen hier

Er was voor 11 september geen aanleiding om toe tegen aan de druk van VEV en VBO om het beleid inzake economische immigratie vergaand te versoepelen. Die is er nu nog minder. Voor hooggeschoolden is volgens het laatste rapport van de administratie Werkgelegenheid zelfs een verstrenging nodig. Maar dat houdt ook in dat elk Europees streven (zie voorstel van richtlijn) tot vergaande deregulering van de nationale reglementeringen moet worden tegengegaan. Op één punt moet wel een versoepeling gebeuren. Naar de federale overheid is dringend een initiatief nodig om de buitenlandse werknemers met arbeidskaart na ontslag toch tijdelijk toe te laten ander werk met arbeidsvergunning te zoeken, zoals overigens recent voorgesteld door de Europese commissie.

Zoek op trefwoord

arbeidsmarkt werkloosheid