De maskers zijn gevallen.

Werkgeversorganisaties vechten om de macht in Vlaanderen, de gevolgen voor de werknemers laten hen volledig koud.

06/03/03 - Werkgeversvertegenwoordigers in Vlaanderen laten hun stem horen in verschillende federaties: via het federale VBO (verbond Belgische ondernemingen), via het VEV (Vlaams economisch verbond), via UNIZO (de middenstandsorganisaties), via de Kamers van Koophandel, via sterke patronale koepels zoals Agoria en via de “captains of industry”.


De bitsige tegenstrijdige verklaringen, standpunten en argumenten ….die zij de jongste tijd laten horen en de voorstellen die zij lanceren i.v.m. het sociaal overleg in Vlaanderen zouden het ABVV onberoerd laten zo het om een interne machtsstrijd zou gaan.
Maar er is meer aan de hand!
Het gaat niet alleen om een strijd voor het recht van de sterkste en de grootste maar ook om de wil het beslissingniveau en het sociaal overleg te regionaliseren.
Volgens het ABVV hoeft dit helemaal niet: de federale regelgeving terzake biedt voldoende mogelijkheden om dat overleg zowel op federaal intersectoraal, als op sectoraal én op regionaal niveau te voeren.

De discussies die door de werkgevers gevoerd worden gaan niet over ‘hoe’ het sociaal overleg beter zou kunnen uitgewerkt worden, ze draaien om puur eigenbelang en machtsstrijd, ten koste van het sociaal overleg.
Het belang van het federaal interprofessioneel sociaal overleg voor de loon- en arbeidsvoorwaarden van de werknemers is klaarblijkelijk de laatste zorg van de “vernieuwers”.
De captains of industry vergeten dat een schip maar kan varen met matrozen en stuurlui aan boord.