10 redenen om de btw op energie te verlagen
11/06/2008 Persbericht - Ook de ABVV-Senioren zijn ernstig bezorgd over de dalende koopkracht. De ABVV-Senioren vragen een betere bescherming van de ouderen en de armen. Een daling van de BTW op energie van 21% naar 6% kan een wereld van verschil maken.
1. Op kraantjeswater wordt een BTW-tarief van 6% toegepast, omdat kraantjeswa-ter tot de levensnoodzakelijke basisproducten behoort. Ook elektriciteit, gas en stookolie zijn levensnoodzakelijke basisproducten en zouden dus op dezelfde wijze moeten worden belast.
2. Er zijn landen binnen de Europese Unie – waaronder Groot Brittannië – waar de BTW op elektriciteit en gas zelfs beperkt is tot 5%. Als het daar kan, kan het hier ook.
3. De Europese Unie voerde de liberalisering van de markt in vanuit de zekerheid dat dit niet alleen zou zorgen voor lagere prijzen, maar ook voor betere service en voor een betere bescherming van de ouderen en de armen. Die intenties zijn nog altijd niet gerealiseerd, integendeel. En het ziet er niet naar uit dat dit zeer binnenkort wel het geval zal zijn. Met een lagere BTW kan alvast tegemoet gekomen worden aan de belofte van een betere bescherming van ouderen en armen.
4. Vanuit de zekerheid dat de prijzen zouden dalen had de overheid minder inkomsten op BTW ingecalculeerd. Maar de prijzen stijgen: geef dan ook de niet voorziene meerontvangsten terug aan de mensen via een verlaging van de BTW
5. De totale taks op elektriciteit en gas is eigenlijk nog hoger dan 21%. In de factuur zitten namelijk nog 8 verschillende andere taksen. En op die taksen wordt even-eens …. BTW gerekend, zodat we belasting betalen op de belastingen.
6. Arm zijn kost geld. De armste mensen hebben de slechtst geïsoleerde woningen die in verhouding het meeste energie verbruiken. Een lagere BTW maakt de energiefactuur draaglijker in afwachting van structurele maatregelen. We denken hierbij o.a. aan een grondige energierenovatie van bestaande woningen met systemen zonder financiële drempels.
7. Niet minder dan 100.000 klanten werden door hun leverancier gedumpt omdat zij de rekening niet konden betalen. Hieruit blijkt dan ook dat de prijs van de energie voor een belangwekkend deel van de bevolking werkelijk ‘onbetaalbaar’ is.
8. De prijs van stookolie is sedert 2004 met 78% gestegen. Dergelijke evoluties kan je niet opvangen met een welvaartsaanpassing van een vervangingsinkomen met 2%. Een verlaging van de BTW op energie is dan ook een middel om de mensen hun verloren koopkracht terug te geven.
9. Als een gemiddeld tweeverdienersgezin met een inkomen van € 3000 per maand 20% hiervan aan energie zou moeten besteden, dan zou de maandelijkse factuur oplopen tot € 600. Dat zou algemeen als onleefbaar worden beschouwd.
Voor gezinnen die moeten rondkomen met een klein vervangingsinkomen of een inkomensvervangende tegemoetkoming is dit echter realiteit: zij betalen tot 20% van hun inkomen - dat beduidend lager ligt dan € 1000 - aan energie. Hoe lager je inkomen, hoe groter het aandeel van je energiefactuur wordt.
10. De kleine verbruiker met een maandelijks verbruik van € 100 betaalt nu € 121. Verlaag de BTW naar 6% en diezelfde verbruiker betaalt nog € 106 of € 15 per maand minder. Voor de zwakste inkomens maakt dit wel degelijk een wereld van verschil.
De ABVV-Senioren verzoeken de federale overheid daarom hoogdringend de nodige politieke moed te vinden om de BTW op energie te verlagen van 21 naar 6%.
Contact
- Caroline Cocquyt - coördinator - 02 289 01 71