Vakbonden buitenspel gezet in het Innovatiepact

Innovatie alleen op economische leest geschoeid?

27/11/02 - Vorige week, 20 november, nodigde minister-president Dewael vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en de onderzoekswereld uit om een innovatiepact te sluiten dat moet vastleggen hoe Vlaanderen zijn inspanningen voor onderzoek en ontwikkeling zal optrekken tot 3 procent van het BBP. De vakbonden werden hierbij niet uitgenodigd waardoor het belang van de werknemers in het innovatieproces miskend wordt.


Het niet uitnodigen van de vakbonden is geen toeval, want ook op andere vlakken worden de vakbonden buitenspel gezet in het wetenschaps- en technologiebeleid.
Door de hervorming van de Vlaamse administratie, binnen het kader van Beter Bestuurlijk Beleid, worden het IWT (= Vlaams Instituut voor Wetenschap en Technologie) en het VITO (= Vlaams Instituut voor Technologisch Onderzoek) binnenkort omgevormd tot een zogenaamd intern verzelfstandigd agentschap (IVA). Hierdoor wordt zijn Raad van Bestuur, waarin de werknemersorganisaties zetelen, opgeheven, en komt deze Vlaamse openbare instelling rechtstreeks onder de bevoegdheid van een minister.

Het is voor ons onaanvaardbaar dat men probeert de werknemers uit het innovatiedebat uit te sluiten, een debat dat op deze manier dreigt te verwateren tot een onderlinge verdeling van de middelen tussen de onderzoekswereld en het bedrijfsleven. Het maatschappelijke doel van innovatie verliest men daarbij uit het oog.
Bovendien zijn we als werknemersorganisaties betrokken partij, gezien de impact die het innovatiebeleid zal hebben op de tewerkstelling in Vlaanderen.

Wij willen ons als vakbond dan ook mee engageren voor een innovatiepact wanneer men rekening houdt met de volgende elementen:

- Innovatie moet volgens ons een rol spelen in de versterking van het economisch weefsel en afgeleid – op termijn – ook de werkgelegenheid.De financiële steun van de overheid aan de bedrijven moet bovendien selectief zijn, en een meerwaarde geven aan de inspanning dewelke bedrijven leveren voor onderzoek en ontwikkeling.In de selectiviteit van de steun moet men aandacht hebben voor de probleemgebieden waar Vlaanderen mee kampt. We denken hierbij o.a. aan de problemen op het vlak van milieu, mobiliteit en duurzame ontwikkeling.

- Voor ons moet een innovatiepact bovendien in de eerste plaats een opleidingspact zijn, omdat innoveren in de eerste plaats investeren in menselijk kapitaal en benutten van menselijk kapitaal is.
Innovatiestimulering mag immers niet beperkt blijven tot technologische vernieuwing, arbeidsorganisatorische vernieuwing is van even groot maatschappelijk belang. De Stichting Technologie Vlaanderen (STV) binnen de schoot van de SERV is hier dagelijks mee bezig in opdracht van de sociale partners.
De Vlaamse overheid moet daarbij een verhoogde opleidingsinspanning maken naar werkzoekenden toe, met bijzondere aandacht voor risicogroepen.

- In de verhoogde inspanning van de Vlaamse overheid voor O&O moet voldoende budgettaire ruimte uitgetrokken worden voor het sociaal-maatschappelijk en beleidsgericht onderzoek opdat de technologische vernieuwing ook aansluit bij aanwezige maatschappelijke behoeften, die niet onmiddellijk op commerciële meerwaarden gericht zijn. Deze bekommernis dreigt op de achtergrond te blijven wanneer alleen ondernemers en wetenschappelijk deskundigen akkoorden sluiten over het innovatiegebeuren.

- Er moet een evaluatie komen van de reeds geleverde inspanningen op het vlak van O&O waarbij nagegaan moet worden of er effectief een hefboomfunctie uitgaat van de overheidsinspanningen en of de beoogde doelen bereikt worden.

- Engagementen moeten ook hard worden gemaakt: 2/3 van de investeringen voor innovatie zullen afkomstig moeten zijn uit de particuliere sector, zoals afgesproken is op de Europese top van Barcelona.

Zoek op trefwoord

innovatie