Regering Bourgeois kiest voor Flandre à papa

Opinie 10/04/2015 - Het verlagen van de schenkingsrechten op onroerend goed is een gemiste kans om werk te maken van een rechtvaardige Vlaamse vermogensfiscaliteit.


Een gebrek aan duidelijkheid kan men deze Vlaamse regering alvast niet verwijten... Wie zelf een huis koopt, krijgt minder woonbonus. Wie in zijn toekomst investeert door een opleiding te volgen, betaalt een hoger inschrijvingsgeld en kan veelal geen beroep meer doen op opleidingscheques. Wie echter een huis cadeau krijgt van mama of papa, kan rekenen op een belastingkorting. Deze Vlaamse regering kiest voor wie krijgt en niet voor wie werkt.


Fiscale sale-and-lease-back

De Vlaamse regering verdedigt de tariefverlaging met het argument dat deze een positief effect zal hebben op de begrotingsinkomsten. Daarmee stuurt zij bewust foute informatie de wereld in.

In documenten van de Vlaamse administratie uit december 2014 staat namelijk zwart op wit dat eventuele meeropbrengsten uit de voorgestelde aanpassingen aan de schenkingsrechten in geen enkel van de onderzochte scenario’s opwegen tegen de verliezen aan successierechten. Het is wel zo dat de inkomsten uit schenkingsrechten natuurlijk een aantal jaar vroeger binnenkomen dan het verlies aan successierechten.

Indien er al een positief effect is op de begroting, zal dit er dus enkel op korte termijn zijn. Daarmee vormt deze maatregel in feite niets anders dan een fiscale variant van de door viceminister-president Homans terecht verguisde sale-and-lease-backtechnieken. Het enige verschil is dat de overheid bij de verkoop van een gebouw dat ze daarna terug huurt, ten minste zeker is dat er het eerste begrotingsjaar geld binnenkomt.

De voorgestelde tariefverlaging van de schenkingsrechten is echter niet van die aard dat zij veel mensen die voordien andere fiscale pistes bewandelden, zal aanzetten om nu toch te schenken. De kans is dus reëel dat niet alleen de toekomstige inkomsten uit successierechten, maar ook de inkomsten uit schenkingsrechten op onroerende goederen lager zullen liggen dan vandaag (106 miljoen euro) waardoor het budgettair effect nog negatiever wordt.

Wel positief is dat de tarieven voor schenkingen aan vreemden wat meer worden in lijn gebracht met de tarieven voor schenkingen aan kinderen. Het effect hiervan mag echter zeker niet overschat worden. Uit de cijfers van de successierechten blijkt dat 86% van de totale belastbare basis zich in de tariefcategorie rechte lijn bevindt. Er zijn weinig redenen om aan te nemen dat dit voor schenkingen anders is.


Werken of erven?

We zijn er ons evenwel ook van bewust dat de schenkings- en vooral ook de successierechten zeer onpopulair zijn bij de bevolking. Het is niet meer dan normaal dat ouders het beste willen voor hun kinderen en hen ook alle middelen willen geven om te slagen.

Er zijn nochtans goede redenen om te pleiten voor een structurele verhoging van de inkomsten uit de schenkings- en successierechten. Een eerste reden is dat erfenissen sterk ongelijk verdeeld zijn. Volgens berekeningen van wijlen professor Koen Raes uit 2011 laat 40% van de Belgische bevolking geen erfenis na en vertegenwoordigen de 15% grootste nalatenschappen ruim 65% van de overgedragen vermogens.

Een tweede reden is dat erfenissen de laatste jaren opnieuw een steeds belangrijkere rol spelen in de totale vermogensopbouw van gezinnen ten koste van de rol van het zelf verdiende spaargeld. Daardoor dreigen we opnieuw af te glijden naar een samenleving zoals in de 19de eeuw, waarin afstamming en huwelijk veel doorslaggevender zijn voor je vermogenssituatie dan arbeid en verdiensten. Het spreekt voor zich dat dit vanuit een democratisch standpunt een onaanvaardbare evolutie zou zijn.


Nood aan een rechtvaardige Vlaamse vermogensfiscaliteit

Daarom is er nood aan een globale hervorming van de Vlaamse vermogensfiscaliteit naar een meer rechtvaardig stelsel, waarbij kleine vermogens ontzien worden en de sterkste schouders een grotere bijdrage leveren.

Daarbij denken we aan het opnieuw invoeren van een vrijstelling voor de laagste schijf, het afschaffen van de economisch onzinnige opsplitsing tussen roerende en onroerende goederen bij de berekening van de successierechten in rechte lijn en het beter aligneren van de tarieven in de schenkings- en successierechten. Vooral de tarieven voor schenking van roerende goederen zijn in Vlaanderen ontzettend laag en dienen opnieuw progressief belast te worden. Daarnaast moeten fraude en ontwijking moeilijker gemaakt worden door de invoering van een vermogenskadaster.

Een eerste stap kan bestaan uit het afschaffen of verstrengen van de bestaande asociale gunstregimes, zoals het afschaffen van het gunsttarief in de schenkingsrechten voor bouwgronden en het optrekken van de gunsttarieven voor schenking of vererving van een onderneming (respectievelijk 0 en 3 procent).

Mehdi Koocheki
adviseur studiedienst Vlaams ABVV

Caroline Copers
algemeen secretaris Vlaams ABVV

 

Lees ook

Zoek op trefwoord

belastingen Vlaamse Regering